Om alvast in de vakantiestemming te komen staan we met ons oude caravannetje deze week op de camping. Ondanks dat we gewoon moeten werken pendelen we tussen werk en camping, tussen werk en ontspanning. Na een drukke avonddienst in de kliniek (waar ik werk met patiënten met LVB en psychiatrische- en/of verslavingsproblematiek) zat ik voldaan voor de caravan. Terwijl ik aan het bijkomen was rook ik een sterke wietlucht. In eerste instantie dacht ik dat het van de jongerengroep kwam waar we naast stonden, maar dat was niet het geval. Onze nette buurvrouw van middelbare leeftijd was met haar vriendinnen cannabis aan het roken. Voor de gein grapte ik ‘’zijn jullie even een djonko aan het roken dames,’’ maar dit was blijkbaar te streetwise en werd niet begrepen.

Middelengebruik komt in alle lagen van de samenleving voor; van jong tot oud van onder- tot bovenklasse. Als we kijken naar het middelengebruik onder de LVB-doelgroep ligt dit niet hoger dan onder de gemiddelde Nederlander. Alleen het cannabis gebruik: wiet en hasj ligt iets hoger dan gemiddeld. Geen groot verschil in cijfers maar wel in de risico’s.

Want op het moment dat mensen met LVB middelen gebruiken, zijn de problemen vaak groter. Eén van de negatieve gevolgen is namelijk de kans op verslaving. Mensen met LVB starten vaak eerder op jonge leeftijd met middelengebruik en hebben sneller de kans verslaafd te raken. De kans dat recreatief gebruik doorschiet naar verslaving is namelijk groter. Doordat de wereld vaak ingewikkeld en zij weinig aansluiting vinden in de samenleving, vervult een middel vaak een compenserende functie. Daarnaast zijn ze vaak slecht op de hoogte van de werking en negatieve gevolgen van een middel, kunnen ze de gevolgen van gebruik niet overzien en is er sprake van een verminderde zelfcontrole. Kortom, allemaal factoren die het niet vergemakkelijken.

En wat betreft de kleine slokjes alcohol laten proeven aan kinderen, dit wordt afgeraden. Het verhoogt namelijk de kans dat ze als oudere puber vaker en meer alcohol drinken. Door deze proefslokjes leer je onbewust aan kinderen dat drinken oké is. Daarbij is het hoe later je start met drinken hoe meer de kans afneemt dat je op latere leeftijd problemen op alcohol ontwikkelt.